Eigenzinnige sprekers gedenken heldhaftige verzetsstrijder

15 jaar Willem Arondéuslezing

Kunstenaar, auteur en verzetsstrijder. Willem Arondéus was het allemaal. Op 1 juli 1943 werd hij gefusilleerd omdat hij deelnam aan een aanslag op het bevolkingsregister in Amsterdam. Ter nagedachtenis aan Arondéus riepen Provinciale Staten in 2005 een lezing in het leven. Hiermee houden eigenzinnige Nederlanders jaarlijks de herinnering aan hem levend. Een terug- en vooruitblik op 15 jaar Willem Arondéuslezingen.

"Er is alleen verwondering omdat het zo licht is om in liefde van het leven te scheiden, zoo blij is om, wat je achterlaat, zonder bitterheid te gedenken." Dit schreef Arondéus aan goede vrienden, vlak voor hij vermoord werd door de Duitsers. In dit citaat klinkt lichtheid door. Toch was Arondéus ook zwaarmoedig. Dat blijkt onder meer uit zijn dagboek van voor de oorlog. Tobbend over zijn homoseksualiteit, armoede en beeldend kunstenaarschap zette hij vraagtekens bij de zin van zijn bestaan.

Arondéus werd in 1894 geboren in Naarden. Hij kwam al vroeg uit de kast als homoseksueel. Dat was in die tijd hoogst ongebruikelijk. Homo's werden sociaal niet geaccepteerd en hielden daarom meestal hun identiteit geheim. Tijdens de Duitse bezetting ontwikkelde Arondéus zich tot een heldhaftige verzetsman. Hij publiceerde in 1941 de illegale Brandarisbrief, een verzetskrant waarin hij medekunstenaars waarschuwde voor nazi-dwang. Daarnaast ging hij persoonsbewijzen vervalsen.

Op zaterdag 27 maart 1943 was Arondéus een van de mensen die leidinggaf aan een groep verzetsstrijders die een aanslag pleegde op het Amsterdamse bevolkingsregister. Daarmee wilde de groep kunstenaars en studenten de Jodenvervolging en de tewerkstelling in Duitsland saboteren. Na verraad werden Arondéus en een groot deel van zijn verzetskameraden gefusilleerd. Op de dag voor zijn executie vroeg Arondéus zijn advocate aan iedereen te vertellen dat homo's geen lafaards zijn.

"Er is alleen verwondering omdat het zo licht is om in liefde van het leven te scheiden, zoo blij is om, wat je achterlaat, zonder bitterheid te gedenken." Dit schreef Arondéus aan goede vrienden, vlak voor hij vermoord werd door de Duitsers. In dit citaat klinkt lichtheid door. Toch was Arondéus ook zwaarmoedig. Dat blijkt onder meer uit zijn dagboek van voor de oorlog. Tobbend over zijn homoseksualiteit, armoede en beeldend kunstenaarschap zette hij vraagtekens bij de zin van zijn bestaan. Arondéus werd in 1894 geboren in Naarden. Hij kwam al vroeg uit de kast als homoseksueel. Dat was in die tijd hoogst ongebruikelijk. Homo's werden sociaal niet geaccepteerd en hielden daarom meestal hun identiteit geheim. Tijdens de Duitse bezetting ontwikkelde Arondéus zich tot een heldhaftige verzetsman. Hij publiceerde in 1941 de illegale Brandarisbrief, een verzetskrant waarin hij medekunstenaars waarschuwde voor nazi-dwang. Daarnaast ging hij persoonsbewijzen vervalsen. Op zaterdag 27 maart 1943 was Arondéus een van de mensen die leidinggaf aan een groep verzetsstrijders die een aanslag pleegde op het Amsterdamse bevolkingsregister. Daarmee wilde de groep kunstenaars en studenten de Jodenvervolging en de tewerkstelling in Duitsland saboteren. Na verraad werden Arondéus en een groot deel van zijn verzetskameraden gefusilleerd. Op de dag voor zijn executie vroeg Arondéus zijn advocate aan iedereen te vertellen dat homo's geen lafaards zijn.

Een groot verzetsstrijder

De Arondéuslezing is een initiatief van oud-Statenleden Meino Schraal en Klaas Breunissen. Willem Arondéus kwam meerdere keren op het pad van Schraal: “De eerste keer was toen ik een documentaire over hem zag. Ik ontdekte dat hij 2 jaar op Urk had gewoond. Ik ben daar zelf opgegroeid, dus dat vond ik interessant. Helemaal toen ik later een foto zag waarop hij op het terras stond van het café/restaurant van mijn overgrootouders.” Jaren later werd Schraal als Statenlid voor het CDA in Provinciale Staten opnieuw met Arondéus geconfronteerd. ”In de Statenzaal van Noord-Holland zag ik de door hem ontworpen wandtapijten. Dat vond ik zo toevallig dat ik sterk de behoefte voelde om de bekendheid van Arondéus te vergroten. Hij was tenslotte één van onze grootste verzetsstrijders.” Samen met Klaas Breunissen van GroenLinks diende Schraal een initiatiefvoorstel in bij Provinciale Staten om jaarlijks een lezing te houden om de nagedachtenis aan Arondéus te laten voortleven. “De Staten stemden met overgrote meerderheid in met het voorstel. Een werkgroep ging aan de slag en in mei 2005 was de eerste lezing een feit.”

Indrukwekkende traditie

En die was direct al erg indrukwekkend volgens Schraal. “Rudi van Dantzig, de biograaf van Willem Arondéus, was spreker. Als eregast was Cees Honig aanwezig. Erg bijzonder, Honig zat namelijk ook in de verzetsgroep die de aanslag pleegde op het bevolkingsregister. Hij kwam in de dodencel terecht maar werd niet ter dood veroordeeld.”

Schraal vindt het mooi dat de lezing in de jaren daarna verschillend is ingevuld. “Sommige sprekers reflecteerden nadrukkelijk op thema’s als vrijheid, verantwoordelijkheid, kameraadschap, burgerzin of democratie. Waarden die voor Arondéus in zijn verzetswerk een rol hebben gespeeld. Ik denk dan aan Gerard Spong, monseigneur Bär, Désanne van Brederode of Marjan Schwegman. Andere sprekers zoals Step Vaessen en Boris Dittrich legden juist meer de link tussen hedendaagse burgerrechtenstrijders en dat waar Arondéus voor stond.”

Indrukwekkende traditie

En die was direct al erg indrukwekkend volgens Schraal. “Rudi van Dantzig, de biograaf van Willem Arondéus, was spreker. Als eregast was Cees Honig aanwezig. Erg bijzonder, Honig zat namelijk ook in de verzetsgroep die de aanslag pleegde op het bevolkingsregister. Hij kwam in de dodencel terecht maar werd niet ter dood veroordeeld.”

Schraal vindt het mooi dat de lezing in de jaren daarna verschillend is ingevuld. “Sommige sprekers reflecteerden nadrukkelijk op thema’s als vrijheid, verantwoordelijkheid, kameraadschap, burgerzin of democratie. Waarden die voor Arondéus in zijn verzetswerk een rol hebben gespeeld. Ik denk dan aan Gerard Spong, monseigneur Bär, Désanne van Brederode of Marjan Schwegman. Andere sprekers zoals Step Vaessen en Boris Dittrich legden juist meer de link tussen hedendaagse burgerrechtenstrijders en dat waar Arondéus voor stond.”

Praktische informatie De Willem Arondéuslezing 2020 is op 9 september in de Grote of St. Bavokerk in Haarlem. Uiteraard vindt de lezing plaats volgens de RIVM-richtlijnen. Daardoor kunnen dit jaar maximaal 200 belangstellenden aanwezig zijn. De lezing van Ewoud Kieft is ook via een livestream te volgen op de website van regionale zender NH.

Ken uw vijand

Dit jaar geeft schrijver en historicus Ewoud Kieft de Willem Arondéuslezing. Door de coronamaatregelen is de lezing verplaatst van mei naar september. Kieft vertelt dan over zijn worsteling om de aantrekkingskracht van het nazisme te begrijpen. Als kleinzoon van een in de oorlog overleden verzetsman kreeg hij de impact van de oorlog van huis uit mee. Onder het motto ‘ken uw vijand’ stelde hij zichzelf de opdracht om de bijbel van het nationaalsocialisme, Mein Kampf, door te spitten en antwoord te vinden op de vraag wat hier in vredesnaam aantrekkelijk aan kan zijn geweest. “Hoe konden tientallen miljoenen Europeanen gegrepen worden door een ideologie, die we nu, achteraf, even weerzinwekkend als stompzinnig vinden? Welke lessen voor de toekomst vallen daaruit te trekken, zonder in gemakzuchtige nazi-vergelijkingen en politieke polarisatie te vervallen?”

In het voorjaar was hij bezig met het schrijven van zijn lezing, maar Kieft wist al snel dat corona voor uitstel zou zorgen. “De crisis zorgde ook voor steeds nieuwe vragen: over het ingrijpen van de overheid bijvoorbeeld. Het belang van de volksgezondheid en veiligheid kan op gespannen voet staan met het belang van privacy. Waar stellen we de grens en wat is de prijs die we dan voor onze vrijheid betalen?” Kieft raakte geïnspireerd door de moed, positiviteit en levenslust van Willem Arondéus. “Ongelooflijk hoe hij vlak voor zijn dood nog geen enkele bitterheid toeliet en aan liefdevolle gedachten vast bleef houden. Van mijn grootvader werd weleens gezegd dat hij in de barakken psalmen zong om de moed erin te houden. Ik heb dat verhaal vroeger weleens betwijfeld, maar ik ben er steeds meer van overtuigd geraakt dat juist die innerlijke houvast cruciaal was voor verzetsmensen, helemaal in het oog van de dood. Of het nu psalmen zijn of de liefdevolle herinneringen aan vrienden die Arondéus koesterde. Daar haalden ze hun kracht vandaan.”

Van herrie tot hagepreek

De Willem Arondéuslezing van 2011 zorgde voor ophef. Cultuurhistoricus Thomas von der Dunk schreef een toespraak waarin de PVV op de hak werd genomen. Een aantal leden van de werkgroep Arondéuslezing vond de rede ‘te partijpolitiek’. Na ampel beraad werd de lezing afgelast. Von der Dunk weigerde de gewraakte passages aan te passen. Op uitnodiging van het Platform Stop Racisme en Uitsluiting hield Von der Dunk daarna voor een groot aantal belangstellenden, onder wie de commissaris van de Koning, een hagepreek (preek in de open lucht) op het Haarlemse Vlooienveld tegenover het provinciehuis. De commotie die eraan voorafging noemde Von der Dunk “de leukste rel van mijn leven.”

Willem Arondéuslezingen van 2005 tot en met 2020

2005 Rudi van Dantzig 2006 Philippe Bär 2007 Gerard Spong 2008 Désanne van Brederode 2009 Ad Verbrugge 2010 Maxim Februari 2011 Geen officiële Arondéuslezing maar hagepreek door Thomas von der Dunk 2012 Step Vaessen 2013 Marjan Schwegman 2014 Boris Dittrich 2015 Frans Timmermans 2016 Eric Corton 2017 Bas Haring 2018 Nazmiye Oral 2019 Peter van Uhm 2020 Ewoud Kieft

‘Dit is wie ik ben’

“Voor zijn ouders, zelfs voor zijn beste vrienden was zijn 'coming out' moeilijk in een tijd dat over homoseksualiteit alleen zeer negatief werd gesproken. Het beste dat homo's in die tijd kon overkomen is dat zij genegeerd werden. Willem Arondéus nam geen genoegen met goedbedoeld wegkijken, hij ging voor de wereld staan met een houding: "dit is wie ik ben, ik accepteer wie ik ben, nu jullie nog".” Eurocommissaris Frans Timmermans in zijn Willem Arondéuslezing (2015).

‘Met gebogen hoofd voor een grafsteen zonder naam’

“Er stond de volgende dag een foto in de plaatselijke krant. Een jonge jongen in een geel regenjasje, met daaronder iets te grote groene rubberlaarzen. Staand op een grote, kille militaire begraafplaats voor een grafsteen zonder naam, met gebogen hoofd en een dieptrieste blik. In de linkerhand een roos. Met mijn rechterhand veegde ik een traan van mijn gezicht. Het zou nog een paar jaar duren, tot die vredesdemonstratie van 1981, voordat iemand in één scherpe zin verwoordde wat ik toen onmiskenbaar gevoeld moet hebben: ’Ik ben van na de oorlog en dat wil ik graag zo houden’.” Presentator Eric Corton in zijn Willem Arondéuslezing (2016)

'Moed nodig om open te spreken'

“De moed die ervoor nodig is om open te spreken, met het risico dat de ander van je vervreemdt, en als dan blijkt dat als je door je angst en verlegenheid heen gaat het allemaal niet zo blijkt te zijn.. dat je samen nog dichter bij elkaar komt in een nog vrijer veld is onbeschrijfelijk.” Schrijver Nazmiye Oral in haar Willem Arondéuslezing (2018).

Deel op social media